Samen met collega Ellen Kuiper vertelt hij over hun waterhuishoudingsplan, voor een verantwoorde verbreding van de A20.
Waterhuishoudingsplan
‘Rijkswaterstaat moet wettelijk de effecten van elk bouwproject in kaart brengen’, zegt Ellen Kuiper. ‘Ook bij deze wegverbreding maken we dus plannen waarin we beschrijven wat de bouw met de directe omgeving doet. Het heeft bijvoorbeeld gevolgen voor de waterhuishouding. In een waterhuishoudingsplan beschrijven we daarom hoe we met het water in het gebied rondom de A20 moeten omgaan.’
Toetsen en adviseren
Ellen houdt als manager Planproducten het onderzoek in de gaten: ‘Net als bij onderzoeken naar de impact van de verbreding van de A20 op geluid, natuur en de maatschappij, toetsen we ook bij dit wateronderzoek alle resultaten van het ingenieursbureau, voordat het plan met het Projectbesluit naar de minister gaat. Dat doen we samen met het Hoogheemraadschap en met onze eigen adviseurs, zoals Tristan.’
Robuust grondwatersysteem
Tristan en zijn team letten goed op de samenstelling van onze bodem: ‘In dit gebied ligt het laagste punt van Nederland, dus het grondwater staat relatief hoog en drukt van onder tegen de veen- en kleibodem aan. Hoe minder tegendruk oppervlaktewater geeft, hoe meer grondwater er doorsijpelt. Hierdoor kunnen niet alleen tractoren het land niet meer oprijden, de grond is dan ook te nat voor de verbreding van de A20.’
Maar een te droge grond is ook niet goed. Niet alleen boeren en de natuur zouden daar schade van ondervinden, maar ook onze wegen en huizen. ‘Daarom werken we aan een robuust watersysteem’, zegt Tristan. ‘Een systeem dat ervoor zorgt dat de grond niet snel te droog wordt en ook niet snel te nat. Dat kan bijvoorbeeld door regenwater de bodem in te laten trekken, in plaats van het af te voeren via sloten en vaarten.’
Daar is Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard het gelukkig mee eens. Tristan: ‘Als we de snelweg zo bouwen dat regen vooral in de berm intrekt, dan belast dat de afvoerkanalen minder. Daarin hebben we een gezamenlijk belang. We doen meer dan het noodzakelijke, zodat we ook in de toekomst droge voeten houden.’
Democratisch proces
Het project bevindt zich in de planuitwerkingsfase, met als basis het Voorkeursalternatief dat de minister heeft goedgekeurd. Hierna volgen een Ontwerpprojectbesluit en een Projectbesluit, waarop iedereen nog mag reageren.
Ellen: ‘Voor het zover is, zorgen we dat inwoners en de grote belangenbehartigers al zijn betrokken. Denk aan het Hoogheemraadschap, provincie en de gemeenten, maar ook natuurorganisaties, bedrijvenkoepels en omwonenden. Er zijn altijd mensen die zo’n project niet leuk vinden, maar we hopen in ieder geval dat ze begrip hebben voor het proces en dat het duidelijk is hoe zorgvuldig we het aanpakken.’