Jeroen van Alphen (adviseur omgeving bij Rijkswaterstaat) en adviseur omgevingsmanagement Bart Treurniet van AlphA20 werken tijdens de KES-gesprekken nauw samen. ‘We voeren gesprekken met overheden die het gebied rond de A20 beheren’, legt Van Alphen uit. ‘Hoe willen zij hun grond of water straks terugzien als het A20-project is afgerond? Door hier juist nu al gesprekken over te voeren, kunnen we wensen uit de omgeving waar mogelijk meenemen in het verdere ontwerp van de snelweg.’
Van wens naar eis
Treurniet legt uit dat wet- en regelgeving leidend is bij wensen vanuit de omgeving. ‘Hiervoor is een afwegingskader vastgesteld. Zijn wensen technisch mogelijk en financieel ook haalbaar? Binnen AlphA20 (een samenwerkingsverband tussen advies- en ingenieursbureaus Royal HaskoningDHV en Arcadis, red.) kijken we of deze wensen realiseerbaar zijn en of ze niet tegenstrijdig zijn. Gaan we mee met de wens en neemt Rijkswaterstaat ons advies vervolgens over, dan wordt een wens een projecteis richting de toekomstige aannemer.’
Toekomstperspectief
Tijdens de KES-gesprekken komen er verschillende wensen voorbij. Wil het hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard de nieuwe watergangen op bepaalde plaatsen natuurvriendelijk aangelegd hebben? En wat kan het projectteam met de wens van de provincie Zuid-Holland voor een ecologische verbindingszone onder de A20? ‘We onderzoeken nu in hoeverre we die wensen kunnen meenemen’, vertelt Van Alphen. ‘Daarbij verwachten we bijvoorbeeld wel financiële commitment van de partners. Is het geld nog niet beschikbaar? Dan proberen we de snelweg zo te verbreden dat het mogelijk blijft een wens later alsnog te realiseren.’
Transparantie
Van Alphen benadrukt het belang van terugkoppeling door het projectteam. ‘Juist als we besluiten een wens niet mee te nemen, is het belangrijk om uit te leggen waarom. Dat doen we ook als wensen strijdig zijn met elkaar. We brengen de betrokken partijen dan bij elkaar en proberen er samen uit te komen. Lukt dat niet, dan maken we alsnog zelf de afweging.’ Treurniet: ‘We kunnen teleurstellingen helaas niet altijd voorkomen, maar met de KES-gesprekken zorgen we in ieder geval voor duidelijkheid. Ook naar onze technische mensen toe, die moeten onderzoeken of een wens haalbaar is. En door continu in gesprek te blijven met de partners, kunnen we hun wensen verder aanscherpen.’
Geen blinde vlekken
De KES-gesprekken bieden partners dus de ruimte om hun verhaal te doen. Voor Van Alphen is dat erg waardevol. ‘Door het gesprek aan te gaan, voorkomen we blinde vlekken. Tegelijkertijd laten we met het afwegingskader zien dat we geen willekeurige besluiten nemen, maar echt kijken naar wat er mogelijk is. Tijdens de gesprekken bij de partners kunnen we goed doorvragen en de wensen beter begrijpen. Dat zorgt voor meer vertrouwen én draagvlak.’ Treurniet: ‘We kunnen uit beleidsstukken van partners een hoop informatie halen, maar de reden achter een wens krijgen we dan vaak niet mee. Tijdens de KES-gesprekken gaat dat veel makkelijker. Tegelijkertijd laten we zien dat we het goede willen doen.’